In een groot pand met 300 woningen ligt meer dan 2 km leiding. Het tracé van deze blokverwarming loopt grotendeels door de bergingsgangen en kampte met grote leidingverliezen. De gangen waren wel lekker warm, dat wel, maar toch zonde.

Het centrale ketelhuis zit in het midden. Om de verwarming en tapwater aan beide uiteinden ook warm te krijgen werd het water opgestookt naar 70-80 graden. De temperatuur verlagen zorgde er in eerste instantie voor dat er aan het eind van de leiding niet genoeg water meer aan kwam, omdat alles al voor het einde was opgemaakt.

Door waterzijdig in te regelen en de leidingen beter te isoleren bleek dat de temperatuur verlaagd kon worden naar 62-70 graden. Temperatuursensoren aan de uiteinden van de leidingen meten continue wat de temperatuur daar nog is, zodat gestuurd kan worden op de ideale temperatuur.

Alle temperatuursensoren tonen nu aan dat het water achteraan maar 2 graden is afgekoeld en nog steeds hoog genoeg is voor legionella veiligheid. Hierdoor draait het systeem weer op het scherpst van de snede.

Regeltechniek vervangen

Een belangrijke verbetering is ook de vervanging van de regeltechniek geweest. Door over te stappen naar Priva Blue ID is op afstand het systeem eenvoudig te bedienen en bij te sturen.

Nu zijn de aanpassingen en monitoring nog handmatige acties, maar ik werk er aan om dit inzicht verder te verbeteren en automatiseren. De benodigde warmte fluctueert namelijk niet alleen met de buitentemperatuur, maar ook met behoeftes van de huurders en allerlei andere factoren. Maar een systeem werktuigbouwkundig goed laten functioneren blijft wel een belangrijke eerste voorwaarde.

Geschikt voor (hybride) warmtepompen

De lagere temperaturen bieden ook meer ruimte en kansen voor duurzame warmte, opgewekt met warmtepompen. 62-70 graden is tegenwoordig goed mogelijk met de nieuwe generatie propaan (r2900 warmtepompen. Een rendement van minimaal 1,9 is momenteel genoeg om het goedkoper dan aardgas te laten zijn.